Ook voetballers/voetbalsters met een beperking hebben die droom en niet voor niets. In het Passend Voetbal zijn er namelijk diverse voetbalvormen die ook een nationaal team hebben. Deze teams noemen we de Oranje Para-voetbalteams. Spelen in Oranje laat zien dat er mogelijkheden zijn om iets te bereiken, om doelen na te streven, jezelf te ontwikkelen en het maximale uit jouw mogelijkheden te halen.


Ons voetbal kleurt de wereld oranje, ook de Oranje Para-voetbalteams dragen hier haar steentje aan bij.

Ondanks mijn beperking kon ik jaren aan topsport doen en is mijn droom werkelijkheid geworden

Ik ben met een beperking geboren, maar heb mede dankzij het voetbal veel doorzettingsvermogen ontwikkeld omdat ik iets wilde bereiken. Altijd een stap extra zetten. Het is echt een voorrecht om in Oranje te spelen. Ondanks mijn beperking kon ik jaren aan topsport doen en is mijn droom werkelijkheid geworden.


Stephan Lokhoff

Bondscoach Nederlands CP-team
173 interlands

Welke ORANJE Para­-voetbalteams zijn er momenteel?

Amputatie­voetbal

A-team (mannen)

CP-voetbal

A-team, Onder 21, 18 en 15 (mannen)
A-team (vrouwen)

Dovenvoetbal

A-team, Onder 21 (mannen, veld)
A-team zaal (mannen en vrouwen)

Onze AMBITIE voor Oranje para-voetbalteams

Blindenvoetbal

Blindenvoetbal is een Paralympische sport, maar er bestaat in Nederland nog niet een nationaal team. Het is ons streven om daar in kleine stappen, via de jeugd, naar toe te werken.

Elektrisch voetbal

In Elektrisch voetbal is er ook de ambitie om in kleine stappen, via de jeugd hiernaar toe te werken.

Geen internationale mogelijkheid voor frame-voetbal en G-voetbal

Voor Frame-voetbal en G-voetbal is er geen internationale mogelijkheid tot het spelen van interlands, zodoende hebben deze vormen geen nationaal team.

Wat zijn onze PLANNEN?

We willen de komende vier jaar een aantal zaken realiseren rondom onze Oranje Para-voetbalteams.

Oranje Para-voetbalteams een podium bieden

De diverse nationale teams trainen nu (anno 2022) nog op verschillende locaties, verspreid over het land. Wij willen ze naar de KNVB Campus halen. Niet voor niets het kloppend hart van het Nederlands voetbal. De Campus is de plek waar al onze Oranjeteams hun thuisbasis hebben. Met perfecte velden en professionele faciliteiten. Ook onze nationale teams uit het Passend Voetbal willen we voor trainingen huisvesten op de Campus. In die topsportomgeving trainen is een inspiratie en motivatie voor iedereen die iets wil bereiken.

Ontwikkelen nationale teams

Waar staan we en waar willen we naartoe? Elk team en elke sporter stelt zichzelf doelen. Aan de hand van de huidige status van de diverse nationale teams stellen we doelen voor de korte en lange termijn vast. Zowel nationaal als internationaal. Prestaties zijn van belang voor media-aandacht en verdere ontwikkeling. Een team dat met een medaille thuiskomt van een WK is een inspiratie voor nieuwe generaties. En een bevestiging dat je als voetballer/voetbalster met een beperking ook de wereldtop kan bereiken op sportief vlak.

Para-voetbaltoernooi in Nederland

Primeur! Wij willen als eerste land ter wereld een Para-voetbaltoernooi organiseren. Dit kun je vergelijken met de Paralympische Spelen, alleen dan voor de verschillende aangepaste voetbalvormen. Niet alleen een gigantische sportieve uitdaging voor de spelers/speelsters, maar ook een uitgelezen mogelijkheid om het Passend Voetbal bij een groot publiek onder de aandacht te brengen. Het Para-voetbaltoernooi zal uiterlijk in 2026 moeten plaatsvinden met in elke discipline drie of vier teams. Hopelijk starten we met dit initiatief een langjarige traditie waar veel voetballers met een beperking naartoe kunnen leven.

Mijn Oranjedroom

MEER WETEN over onze Oranje Para-voetbalteams?

Lees meer ›

Pijler 2

Pijler 2

BRUNO HOEK, INTERNATIONAL NEDERLANDS CP-TEAM


Welke 17-jarige kan zeggen dat hij in Oranje speelt? Bruno Hoek wel. Hij debuteerde in 2022 in het Nederlands CP-team. Op het WK nog wel, waar Oranje als vijfde eindigde. "Het waren de mooiste twee weken van mijn leven."


Zijn ouders zullen het er niet mee eens zijn, maar als je het hem vraagt is voetbal belangrijker dan school. "Ik heb nooit iets anders willen doen. Als ik voetbal, dan voel ik me helemaal vrij en hoef ik nergens over na te denken. Lekker acties maken, op goal schieten. Puur op gevoel. Het is mijn uitlaatklep en het betekent alles in mijn leven."


Voetballen doet Bruno elke dag. Drie keer per week training met JO17-1 van RKAVV uit Leidschendam, twee keer per week op de Voetbalacademie van Ton Jenner en op zaterdag een wedstrijd met zijn team. Alleen op dinsdag heeft hij geen 'verplichting'. "Dan ga ik lekker iets voor mezelf doen. Hardlopen of zwemmen." Alles om zijn sportieve honger en ambitie te stillen. En om records met Oranje te kunnen verbreken. "Als je keihard werkt, kun je veel bereiken", is zijn overtuiging.


Leeuw op de borst

Op het WK in het Spaanse Salou liet Bruno als debutant meteen zien wat hij allemaal in huis heeft. Op het allerhoogste niveau. "Voor Oranje spelen, met de leeuw op de borst, daar ben ik echt heel trots op. Je krijgt in het leven best veel te maken met tegenslag. Daar moet je mee leren omgaan. Maar er zijn ook heel veel mooie momenten. Zoals het WK spelen. Dat ik het zover heb gebracht, vind ik echt heel mooi en geeft veel voldoening. Ik heb geen idee hoe mijn toekomst eruit had gezien zonder CP-voetbal."


Bruno komt uit een echte sportfamilie - zijn moeder was hockeyinternational - en is talentvol, maar het is hem zeker niet aan komen waaien. "Als klein jochie wilde ik uiteraard profvoetballer worden. Toen ik een jaar of acht was, kreeg ik te horen waarom dat niet zou lukken. Toen stortte mijn wereld wel een beetje in. Ik heb spasticiteit door zuurstoftekort bij mijn geboorte. Mijn linkerbeen werkt niet echt mee. Met links schieten en passen kan ik niet. Een jaar later schreef ik me in voor een talentendag CP-voetbal. Ik was nog iets te jong, maar werd anderhalf jaar alsnog geselecteerd voor Oranje onder 15. Toen besloot ik ook keihard te gaan werken om de A-selectie te kunnen halen."


Samen presteren

Dat is hem dus gelukt. Op zijn eerste wereldkampioenschap eindigde Oranje op een zeer verdienstelijke vijfde plaats. "Ik had in Spanje de tijd van mijn leven. Ik had nog wel een jaar in het trainingskamp willen zitten. Elke dag voetballen, trainen en met elkaar een speciale band smeden. We waren echt een hecht team. Verschillen in leeftijd en individuele kwaliteit vielen vanzelf weg, waardoor een bijzondere teamprestatie konden neerzetten. Dat vind ik het mooie aan een teamsport: samen presteren."


Dat is de Leidschendammer nog veel vaker van plan. Zijn eerste optredens in Oranje smaken naar meer. Nog harder werken en beter worden, is zijn voornaamste ambitie. En minimaal tot zijn 45e voor het Nederlands team spelen. "Volgend jaar hopelijk het EK spelen. Ik heb nu het internationale niveau ervaren en weet hoe snel het spel gaat. Een titel winnen is natuurlijk een droom. Hoe mooi zou het zijn om op een dag die beker omhoog te kunnen tillen? Landen als Oekraïne en Rusland zijn nu misschien nog te sterk. Daarom zullen we nog harder moeten werken en jonge talenten aansporen, want zij zijn de toekomst."


Zelfvertrouwen kweken

Daar wil Bruno zelf ook een handje bij helpen. Wat zou hij willen zeggen tegen jonge CP-voetballers? "Vooral in jezelf geloven en je niet bij je situatie neerleggen. Je gaat nog genoeg tegenslag tegenkomen in het leven, dus is het makkelijker als je daar mee om kan gaan. Voetbal helpt daarbij, net als ouders en trainers. Stel je eens voor dat je voor Oranje speelt? Daar kun je toch ongelooflijk trots op zijn? Daarnaast weet ik dat je altijd harder kunt werken dat je zelf mogelijk acht. De uren die je traint, krijg je altijd terug. Op clubniveau bij RKAVV kom ik techniek tekort, maar door alle arbeid die ik lever, kom ik mee met de andere jongens. Dus: heb vertrouwen in jezelf en ga ervoor!"

AIMINE, SPELER PSV AMPUTATIEVOETBAL


Zijn voetbaldroom? Prof worden en interlands spelen. Aimine (13) wilde altijd al op voetbal, maar kon vanwege zijn verkorte been bij een reguliere club nooit terecht. Sinds hij wekelijks traint bij de PSV Foundation Academy heeft de tiener uit Oosterhout perspectief. "Ik raak mijn energie kwijt en kan echt iets bereiken. Met PSV in de Europa League of interlands met het Nederlands team."


Zijn allereerste training kan Aimine zich nog goed herinneren. "Heel goed zelfs, want ik schrok een beetje." Van verbazing en herkenning. Op het veld zag hij - amper 11 jaar oud - volwassen spelers, allemaal op één been en met krukken. Net als hijzelf. En zij deden wat hij zelf het liefste wilde doen: voetballen.


Schop onder de kont

Mensen met een amputatie komt Aimine in het dagelijkse leven vrijwel nooit tegen. De starende blikken die hij soms op straat krijgt toegeworpen, vindt hij vervelend. Maar daar, op die training in Utrecht, ging er een nieuwe wereld voor hem open. "Vooral de trainers en begeleiders waren geweldig. Ook nu bij PSV." Ze maken geintjes, behandelen hem als ieder ander en geven als het nodig is ook gewoon de spreekwoordelijke schop onder de kont.


Op het veld kan Aimine echt zijn ei kwijt. "Ik merk dat ik in alles beter word. Ik ontwikkel meer techniek, word sneller en heb veel meer kracht. We trainen één keer in de week, maar het liefst zou ik vijf keer in de week aan de bak willen. Daarom hoop ik ook dat het amputatievoetbal groter en bekender wordt, en meer kinderen zich aanmelden."


Doorbreken

Zelf blijft hij de komende jaren lekker doorgaan. Zijn grote doel is doorbreken op een hoog niveau en het Nederlands team vertegenwoordigen. "Ik heb Oranje nog niet zien spelen, maar ben erg benieuwd hoe ze het doen." Een goed beeld daarvan krijgt hij al bij PSV dat in de Europa League heeft gespeeld. "Cristiano Ronaldo is natuurlijk heel goed, maar de captain van het PSV Amputatieteam is ook een voorbeeld voor mij. Hij is heel snel en heeft een goed schot. Echt een goede speler."


Aimine wist niet van het bestaan van amputatievoetbal af totdat hij in revalidatiecentrum De Hoogstraat door een ouder werd uitgenodigd om eens mee te doen met een training. Eindelijk kon hij ook het veld op, net als zijn broers. "Ik wilde vroeger ook altijd op voetbal, maar ik mocht nooit meedoen bij de club. Mijn krukken zouden te gevaarlijk voor andere jongens zijn. Ze dachten dat ik niet kon voetballen." Dankzij PSV is zijn droom toch werkelijkheid geworden en voetbalt hij op school ook met andere kinderen. Aimine is inmiddels loeisterk in zijn handen, waardoor hij zijn krukken stevig kan zetten en heel wendbaar is.


Iedereen hetzelfde

"Spelen bij PSV Amputatievoetbal heeft me geluk en plezier gebracht. En veel trots dat ik dat shirt mag dragen, want PSV is de favoriete club van mij en mijn moeder." Wat zou hij willen zeggen tegen andere kinderen die een been of een arm missen, maar toch willen voetballen? "Gewoon aanmelden. Je hebt veel plezier, je kan lekker je energie eruit gooien, de trainers zijn geweldig en iedereen is hetzelfde. Net als jij. Dat laatste is ook heel belangrijk."

DJAN, SPELER ONLY FRIENDS BLINDENTEAM


Elk kind droomt ervan om later voor het Nederlands elftal uit te komen. Ook Djan (16). Al snel had hij door dat Oranje voor hem vanwege zijn blindheid geen optie was. Daar is hij inmiddels op teruggekomen. "Spelen op de Paralympics zou wel heel gaaf zijn."


Het Oranje-shirt is voor veel kinderen pure magie. "Ja, dat is een mooi shirt, met een leeuw op de borst. Meer kan ik er niet over zeggen, want ik heb het nooit gezien." Djan, die blind is geboren, zegt waar het op staat. Een voetbalwedstrijd 'kijken' gaat bij hem net even anders. Hij beleeft voetbal. Voelt de sfeer en pikt alle stadiongeluiden op. Het liefst met live verslag van NPO Radio 1 erbij. Arman Avsaroglu is zijn favoriete commentator en als de tv aanstaat hoort hij het liefst Wytze van der Goot verslag doen.


Voetbal en muziek zijn de twee grote passies van Djan. In een stadion komen beide perfect samen. De spanning van de wedstrijd, de volksliederen en het gezang van de supporters komt bij hem maximaal binnen. Het is de sfeer waar hij zo van geniet. Van jongs af aan gaat hij naar het Nederlands elftal en Ajax waar hij vanaf de blindentribune of het platform de wedstrijden volgt. Sinds vier jaar trapt hij zelf tegen de bal, bij Only Friends Amsterdam.


Nationaal blindenteam

"Ik ben gek van voetbal en heb altijd van het Nederlands elftal durven dromen. Ook vroeger. Iedere voetbalfan wil later in Oranje spelen. Alleen was dat voor mij nooit een optie. Dat gaat misschien nu wel gebeuren." De KNVB probeert inderdaad samen met Gehandicaptensport Nederland het blindenvoetbal in Nederland verder te ontwikkelen. Door meer spelers enthousiast te maken en via talentvolle jeugd op termijn een nationaal team op te richten.


Blindenvoetbal, dat internationaal meestal football 5-a-side wordt genoemd, heeft een Paralympische status. Sinds 2004 staat het op de kalender van de Paralympische Spelen en in alle vijf voorgaande edities won het team van Brazilië de gouden plak. "Misschien omdat ze in dat land veel blinde voetballers hebben? Dat zou ik ook heel graag in Nederland willen. Dat veel meer blinden en slechtzienden voor het voetbal kiezen, zodat er een competitie met clubs kan worden opgezet. Spelen om te winnen en strijden voor het kampioenschap; dat mis ik nu soms nog wel."


'Kom erbij en probeer het gewoon'

"Nu train ik eenmaal in de week, op woensdag. Ook hartstikke leuk, maar wedstrijden horen erbij. Daar doe je het voor. Dus ik zou iedereen willen oproepen: kom erbij, probeer het gewoon en zet door. Ook ouders zijn hier ontzettend belangrijk in. Mijn ouders wisten dat ik dit heel graag wilde en brengen mij vanuit Vlaardingen elke week naar de training in Amsterdam."


Zelf meldde Djan zich vier jaar geleden aan bij Only Friends in Amsterdam dat met een team voor blindenvoetbal ging starten. Djan was meteen verkocht, al was het de eerste keer ook even wennen met de aanname en het dribbelen. "Het balgevoel en de balvastheid moet je even onder de knie krijgen. Ook moet je veel met elkaar praten op het veld, zodat je hoort waar iedereen staat en je botsingen voorkomt." Al snel maakte hij grote stappen vooruit. "Daardoor is het nog leuker geworden. Je merkt al snel: ik kan het!"


Helemaal enthousiast werd Djan van de talententraining die begin mei op de KNVB Campus in Zeist voor spelers met een visuele beperking werd georganiseerd. "Met een echte opblaasboarding en jongens en meiden van andere clubs. Dat was echt super leuk, motiverend en op de plek waar ook het Nederlands elftal traint."

STEPHAN LOKHOFF, BONDSCOACH CP-TEAM


"Ik heb nu niet de intentie om bijvoorbeeld als trainer terug te komen" zei Stephan Lokhoff in 2015 bij zijn afscheid als international van het CP-team. Dat voornemen hield niet lang stand. De Cuijkenaar haalde zijn trainersdiploma's en is sinds 2020 bondscoach van het Nederlands CP-team.


Lokhoff moet lachen als hij met zijn eerdere uitspraak wordt geconfronteerd. "Ik snap wel wat ik daar destijds mee bedoelde. Ik had een lange carrière achter de rug, met onder meer 15 jaar Oranje. Het was tijd voor andere dingen. Maar als je stopt met spelen, denk je wel: wat nu? Ik kom uit een echte voetbalfamilie (Stephan is een neef van tweevoudig Oranje-international en voormalig PSV'er en NAC-speler Ton Lokhoff, red.) en voetbal heb ik altijd hartstikke leuk gevonden. Dus wilde ik toch graag in deze wereld actief blijven. Daarom ben ik mijn trainersdiploma's gaan halen, eerst UEFA-C en later UEFA-B, en ging ik meelopen bij de CP-jeugdteams."


Sprong in het diepe

Ook ging hij in het amateurvoetbal aan de slag bij JVC Cuijk en het vrouwenteam van sc Woezik. In 2020 kwam de vraag of hij het bondscoachschap van het nationale CP-team op zich wilde nemen. "Een uitdaging en een sprong in het diepe", noemt Lokhoff het. "Ik heb natuurlijk die route als speler afgelegd, dus de wereld rond Oranje is niet vreemd voor me. Andere dingen wel. Daarvan heb ik tijdens de cursus veel opgestoken. "Je bent nu bijvoorbeeld veel meer bezig met het geven van (teamtactische)trainingen en het coachen van wedstrijden." Het bevalt hem goed. "Voetbal is het leukste om als speler te doen. Maar als je dat niet meer kunt, is coachen ook heel erg leuk."


Vanwege de coronapandemie lag het internationale CP-voetbal lang stil. Lokhoff debuteerde daarom pas als bondscoach in mei 2022 op het WK in Spanje. Samen met het begeleidingsteam leidde hij het verjongde Oranje daar naar een knappe vijfde plaats. "Alles zat erin op dat toernooi. We werden in de groepsfase bijna uitgeschakeld, maar uiteindelijk haalden we de kwartfinale en eindigden als vijfde door Engeland na penalty's te verslaan. Een prima prestatie. Wij proberen ons de komende tijd verder te ontwikkelen en de aansluiting met de toplanden te vinden."


Oranje is een voorrecht

Lokhoff hoopt daarbij nieuwe generaties te inspireren. "Het is wel een voorrecht hè, spelen in Oranje", zegt de recordinternational met 173 caps op zijn conto. "Je traint op de Campus, met allerlei topsportfaciliteiten. Je gaat op trainingskamp, speelt titeltoernooien, reist naar het buitenland waar je andere mensen en culturen leert kennen en je speelt gewoonweg heel mooie interlands. Ja, je moet veel investeren, hard trainen en vanuit een intrinsieke motivatie beter willen worden, maar het levert je enorm veel moois op."


Lokhoff kan het weten. Als geen ander. Het CP-team beslaat een groot deel van zijn leven. Toen hij 18 jaar was kwam hij bij de A-selectie en daar bevindt hij zich - hoewel in een andere rol - op zijn 40e nog steeds. "Ik ben met een beperking geboren, maar heb mede dankzij het voetbal veel doorzettingsvermogen ontwikkeld omdat ik iets wilde bereiken. Altijd een stap extra zetten." De beloning was mooi: vier World Cups, vier EK's, vier WK's en vier keer de Paralympische Spelen. In de prijzenkast hangen één zilveren en twee bronzen EK-medailles.


Mooie toekomst en carrière

"Ik heb altijd gedacht dat ik profvoetballer zou worden. Niet lang nadat ik op de leeftijd kwam dat ik besefte dat dat niet haalbaar was, kwam het Nederlands CP-team op mijn pad. Alsnog kon ik jaren aan topsport doen en is mijn droom werkelijkheid geworden. Dat geef ik de jongens van nu ook mee. Als je bereid bent om alles opzij te zetten en hard te werken, dan ligt er een mooie toekomst en carrière in het CP-team voor je open."


Lokhoff wil zich op zijn beurt verder ontwikkelen als trainer en is momenteel bezig met de cursus UEFA-A en een stage bij hoofdklasser Juliana '31 uit Malden. Wanneer hij dat diploma in handen heeft, kan hij als hoofdtrainer in het gehele amateurvoetbal en de Vrouwen Eredivisie aan de slag, en ook als assistent-trainer in het betaald voetbal. "Daar liggen genoeg uitdagingen. En ik wil me ook zeker blijven ontwikkelen in het CP-voetbal. Dat hoop ik nog lange tijd te doen."


"Het belangrijkste voor mij is dat er goede faciliteiten beschikbaar zijn zoals videoanalyseapparatuur. Als de randvoorwaarden goed geregeld zijn, hoeven we ons als begeleidingsstaf alleen bezig te houden met het ontwikkelen van de spelersgroep. Ik hoop dat dat de komende jaren zo blijft binnen het CP-team. We hebben in 2017 een jasje uitgedaan na het verlies van de Paralympische status, maar we hopen desondanks de komende tijd een goed programma te kunnen draaien."

ADRI VAN INGEN, BONDSCOACH AMPUTATIETEAM


Ze gaan de duels aan, bewegen op krukken razendsnel over het veld en vuren met hun ene been ware kanonskogels af. Tegenstanders staan vaak verbaasd over het niveau van het Nederlands amputatieteam dat ook sociaal van grote waarde is. "Rennen kun je altijd op individuele basis doen, maar voetbalhumor en de gezelligheid van een teamsport vind je bij ons."


"Ze weten vaak niet dat we er zijn." Als bondscoach van het Nederlands amputatieteam strijdt Adri van Ingen (65) vooral voor meer bekendheid. Bij voetbalverenigingen en sporters die een been of een arm missen. Dat er van alles mogelijk is qua sport is voor de meesten wel duidelijk. Atletiek, zwemmen, tennis, rolstoelbasketbal, zitvolleybal zijn bij het grote publiek zichtbaar en dat komt vooral omdat ze een Paralympische status genieten.


Adri maakte het van dichtbij mee toen er bij zijn zoon Wesley ruim 20 jaar geleden botkanker werd geconstateerd. Zijn rechterbeen werd tot en met de knie geamputeerd. Na de operatie kreeg hij een informatiefilmpje te zien: dit is er allemaal mogelijk op sportgebied. Voetbal kwam er niet in voor. Terwijl Wesley een echt voetbaldier was en als jeugdtalent op de radar van AZ en Feyenoord stond. Hij was 13 jaar, maar een bal zou hij jarenlang niet meer aanraken.


Totdat hij hoorde van een trainingsgroep amputatievoetballers en zich daarbij aansloot. Ook vader Adri raakte betrokken, nam later de trainingen over en richtte de Stichting Amputatievoetbal Nederland op om de sport verder op de kaart te krijgen. Elke zondag traint de groep (van 17 tot 36 jaar) bij UVV in Utrecht en speelt als Nederlands team wedstrijden over de grens.


Uit het hele land

De spelers komen uit heel Nederland. Op één na hebben ze allemaal een voetbalverleden, voordat ze met de noodzaak van een amputatie werden geconfronteerd. "In hun hart willen ze allemaal blijven voetballen. Dat is hun sport, dat doen ze het liefste. Ook vanwege de gezelligheid van een teamsport. Dat ze daarvoor elke week ver moeten reizen, hebben ze er graag voor over. Maar het zou natuurlijk veel beter zijn als amputatievoetbal op veel meer locaties in heel Nederland wordt aangeboden. Voetbal is de grootste sport van Nederland, maar niet voor sporters met een beperking. Best gek. Onze grootste uitdaging is meer bekendheid voor onze sport genereren."  


Dat gebeurt onder meer via oefenwedstrijden tegen reguliere amateurteams. In het begin is het vaak even aftasten. Dan zijn de valide voetballers bang om te voetballen of een duel aan te gaan met die jongens op krukken. Gewoon lekker ballen, er gebeurt niets, roept Adri dan. "Al snel worden we als volwaardig aangezien, schouderduwen uitgedeeld en speelt iedereen een lekkere wedstrijd. Dat geeft veel voldoening. De mensen staan met open mond te kijken wat mijn jongens allemaal kunnen. Qua balbehandeling, passing, schotkracht enz. Onderschat dat niet hoor. Ze vuren enorme kanonskogels af, dat wil je niet weten."


Krenten in de pap

Fysiek is amputatievoetbal best een zware sport, erkent Adri. Door de krukken, het plaatsen ervan en de kracht die nodig is om over het veld te bewegen. Je moet het langzaam opbouwen. "Je hebt één been en twee armen; daar moet je zuinig op zijn." Blades of andere hulpmiddelen zijn niet toegestaan. Het Nederlands amputatieteam speelt ook interlands in het buitenland. Dat zijn de krenten in de pap, volgens Van Ingen. "Die wedstrijden leven enorm bij de jongens. Daar gaat het ergens om, hè. Een beker, een prijs. Geamputeerden versus geamputeerden, en de beste wint. We zijn weliswaar nog een kleine groep, maar wel aangesloten bij de Europese (EAFF) en mondiale bond (WAFF) en erkend door KNVB en UEFA."


Het zijn stappen die moeten bijdragen aan een grotere bekendheid van amputatievoetbal. De Paralympische sporten genereren in Nederland veel meer aandacht, maar over de grens ziet Van Ingen dat juist andersom. "In Polen leeft alleen voetbal en de tijdens de finale van het eerste EK Amputatievoetbal zaten er in Turkije 40.000 toeschouwers op de tribune. Daar is zelfs een competitie met drie divisies. Tegen iedereen die twijfelt zou ik willen zeggen: kom gewoon eens een balletje trappen bij ons. Rennen kun je altijd op individuele basis doen, maar de gezelligheid van een teamsport en de voetbalhumor vind je bij ons. We zouden het best leuk vinden als een bekende voetbaltrainer eens een clinic komt geven. Louis van Gaal? Ach, ik denk dat Mario Been of Leo Beenhakker beter bij ons past", antwoordt Van Ingen met een ironische kwinkslag.


Herkenning in de kleedkamer

Behalve de sportieve waarde is het amputatieteam ook op sociaal vlak van grote betekenis voor de spelers. Iedereen heeft zijn eigen verhaal. Of zoal Van Ingen het noemt 'een rugzakje'. De een is een arm verloren door een bedrijfsongeval, de ander moet een been missen wegens ziekte. De spelers herkennen elkaars verhalen en levensvragen en die worden met elkaar gedeeld. Kleedkamerpraat. "Dan gaat het over protheses of kinderen krijgen. Zaken uit het leven. Die herkenning is heel belangrijk."


Net als het overwinnen van bepaalde persoonlijke drempels. Van Ingen vertelt over een van zijn keepers die voordat hij bij het amputatieteam nooit zijn armprothese in het openbaar afdeed. Uit schaamte. "De andere jongens hebben hem daar snel overheen geholpen. Als wij gaan voetballen staat de kleedkamer vol met kunstarmen en -benen. Iedereen is gelijk, iedereen weet hoe het voelt. En weet je wat het mooie is? Die jongen durft nu in de zomer in een t-shirt te lopen en te winkelen zonder prothese. Dat is pure winst."

WIETSE SIJM, BONDSCOACH NEDERLANDS DOVEN VROUWENZAALVOETBALTEAM


Eerst het EK in Italië en daarna wellicht het WK in Brazilië. De vrouwen van het Nederlands doven zaalvoetbalteam hebben veel om naar uit te kijken. "We kunnen op zo'n toernooi laten zien wat we waard zijn, omdat de omstandigheden voor iedereen gelijk zijn", aldus bondscoach Wietse Sijm.


Dove voetballers vinden over het algemeen eenvoudig hun weg in het reguliere voetbal. Of zoals ze zelf vaak zeggen: in horende teams. Een auditieve beperking vormt namelijk geen fysieke belemmering om bij een club te kunnen voetballen. Communicatie is natuurlijk een heel ander verhaal. Vaak een struikelblok. Daarom vinden dove of slechthorende speelsters het prettig om ook in de dovencompetitie van de KNDSB uit te komen.


"In de dovencompetitie speelt iedereen zonder gehoorhulpmiddelen, variërend van een hoortoestel tot een CI (cochleair implantaat). Daardoor zijn voor iedereen de omstandigheden gelijk", vertelt Wietse Sijm. "Het voelt voor sommigen meer 'thuis' dan het spelen in de reguliere competitie waar je de gesprekken in de kleedkamer of aanwijzingen van de coach minder goed kunt volgen. De meeste meiden zijn vaak de enige dove/slechthorende speelster binnen het reguliere team en dan mis je ongemerkt toch veel in de communicatie."


Kers op de taart

Voor de speelsters met extra kwaliteiten is Oranje vervolgens de kers op de taart. Sijm is sinds 2019 bondscoach van dit Oranje Para-voetbalteam. Tijdens zijn eerste toernooi, het WK in Zwitserland, legde de jonge ploeg meteen beslag op de vierde plaats. "We deden met de beste landen mee en dat heeft onze ambitie zeker verhoogd. Er zit meer in het team. De afgelopen maanden is er hard getraind en we hebben ons zeker verbeterd." Dat belooft wat voor de komende Europese titelstrijd die in oktober de Adriatische kustplaats Montesilvano plaatsvindt. Het team is niet veel veranderd. "Een paar speelsters zijn gestopt, maar gelukkig hebben we jonge talentvolle speelsters gevonden. We willen op het EK bij de beste drie eindigen en ons plaatsen voor het WK 2023 in Brazilië", aldus Sijm.


In principe komen alle dove en slechthorende speelsters met gehoorverlies van minimaal 55dB aan het slechtste oor in aanmerking voor het Nederlands team. De dove speelsters heeft Sijm en zijn staf goed in beeld via de dovencompetitie die drie keer per jaar verspreid over Nederland wordt gespeeld. De slechthorende speelsters, al dan niet gebarentaalvaardig, is nog een relatief onbekende groep. "Ik denk dat er nog veel meer speelsters met een gehoorverlies bij een horende club spelen, die wij nog niet kennen. Soms krijgen we een tip dat er mogelijk iemand voldoet aan de eis van genoeg gehoorverlies om zich bij ons aan te sluiten. Dan zoeken we daar contact mee. Voor sommigen is de dovenwereld nog vrij onbekend. Het kan best spannend zijn om dan aan te sluiten."


Tolk in de staf

Het team communiceert voornamelijk via gebarentaal met elkaar, maar niet alle speelsters is die machtig. Om dat probleem te tackelen is er altijd een tolk aanwezig bij trainingen, wedstrijden en toernooien, als vast onderdeel van de staf. Sijm: "We proberen de nieuwe speelsters in het begin basisgebaren aan te leren. Gebaren die vaak gebruikt worden bij zaalvoetbal. Het is soms wel lastig om die te onthouden, omdat ze die gebaren in hun dagelijkse leven niet altijd gebruiken en we elkaar niet wekelijks zien. Daarom is het fijn dat er een tolk aanwezig is, zodat iedereen alle informatie meekrijgt. Ook voor de onderlinge gesprekken en de teambesprekingen.


Sijm is zelf min of meer toevallig in het coachvak gerold. Als speler van het Nederlands doven zaalvoetbalteam veroverde hij twee bronzen EK-medailles. Ook kwam de West-Fries uit op WK's. Twee zware blessures dirigeerden hem richting het coachen. Na eerst assistent te zijn geweest, werd hij in 2019 met succes bondscoach. "Toen is het wel gaan kriebelen. Ik wil er nu serieus mee aan de slag gaan en trainer-coach opleidingen gaan volgen. Mijn ervaringen als speler kan ik doorgeven aan dit team waarin ik veel toekomst zie."


Gelijkwaardig

De huidige selectie van Oranje bestaat uit speelsters in de leeftijd van 14 tot en met 30 jaar. Ze komen uit het zaalvoetbal (van Eredivisie tot met 1e klasse) en het veldvoetbal (voornamelijk 2e klasse). Bekende namen zijn Amy Stoel van Os Lusitanos en Myrthe Brugman (Drs. Vijfje) die in de Vrouwen Eredivisie spelen. Er wordt dus op hoog niveau gespeeld. De Oranjeselectie komt in de regel één keer per maand bijeen voor een training of oefenwedstrijd tegen een regulier team. Vlak voor een EK of WK gaat die frequentie omhoog naar twee à drie keer per maand.


Uitkomen voor Oranje vormt is een enorme meerwaarde voor de speelsters. "Met de dove OranjeLeeuwinnen willen we laten zien dat je op hoog niveau kunt voetballen ongeacht het feit dat je minder goed hoort", vertelt Sijm. "Op een EK of WK spelen we in gelijke omstandigheden tegen nationale teams uit andere landen. Daar heb je de kans om te laten zien wat je waard bent. Je voelt op zo’n toernooi dat je gelijkwaardig bent ten opzichte van de anderen. Het levert mooie herinneringen en ervaringen op. Je reist bijvoorbeeld naar een WK in Thailand of naar Brazilië volgend jaar, als we ons plaatsen. In Nederland oefenen we af en toe tegen Eredivisieteams. Dat zijn ervaringen die niet veel voetballers opdoen."